Schaduwwerk

Een van de belangrijkste klussen waar je in de tweede helft van je leven voor staat is schaduwwerk. Want alle talenten die je ontwikkelde hebben een schaduwkant. En die kun je niet een leven lang ontlopen. Maar vrees niet: dit werk vraagt niet zozeer om inspanning, maar om ontspanning.

Een puber denkt in zwart/wit. Iets is goed of slecht, of beter nog: geweldig of belachelijk. Daar is niks mis mee, het hoort bij het oefenen in je verhouden tot de wereld. Je moet je als ouder pas zorgen gaan maken als je adolescente kind alles om het even is.

In onze welvarende consumptiesamenleving wordt vaak van ons verwacht dat we ergens iets van vinden. Dat is pas iets van de laatste decennia. In alle millennia daarvoor hadden verreweg de meeste mensen niets te willen.

Maar wij wel. We zijn er behoorlijk in doorgeschoten, want we leven in een tijd waarin keihard ongenuanceerd oordelen aan de orde van de dag is, ook bij volwassen mensen en zelfs hele politieke partijen.

Dat onze samenleving een puberaal karakter heeft kun je onder meer zien aan hoe moeilijk het is om de krant te halen met nuances of zelfs maar feiten. Veel liever hebben we opinies, die verslinden we, en hoe meer ophef hoe beter.

Maar als je langer leeft moet je haast wel leren dat vrijwel niets goed of slecht is, maar dat vrijwel alles een mengeling is van goed en slecht. Je werk is prachtig – en het vreet je op. Je geliefde is heerlijk – en een vals kreng. Je kinderen zijn fantastisch – en vervelende klieren. Het wordt zelfs nog mooier: gaandeweg je leven kun je ervaren dat iets wat goed leek slecht uitpakt, of iets wat slecht voelde een goede uitwerking krijgt.

En jij zelf? Als je eerlijk bent, dan weet je dat jij ook een mengeling bent van licht en donker.

Er komt een moment in je leven dat je zo eerlijk moet zijn. Meestal gebeurt dat onvrijwillig, want je ego houdt er niet van om onderuit te gaan of een slecht figuur te slaan. Hij of zij probeert de schade te beperken, bijvoorbeeld door anderen de schuld te geven van wat er mis ging, of zich in een verslaving te storten.

Niettemin komt het er nu op aan: hoe ga je om met jouw schaduw? Want als je goed kijkt, zal het donker dat je ontmoet meestal niet diepduister en vreemd blijken, maar eerder grijzig en bekend. Dat komt omdat het de andere kant is van een talent of competentie.

Het is geen duister, maar schaduw. Er zijn voorbeelden te over: je ambitie of je zorgzaamheid put je uit / je creativiteit zorgt voor chaos / je ordelijkheid wordt rigide / je relaxtheid wordt lamlendigheid / je zelfstandigheid eenzaamheid / je verbondenheid verstikkend.

De oplossing in onze prestatiecultuur is vaak: keihard gaan werken aan je zwakke plekken. Het is een instelling die, vrees ik, voor veel burnout-verschijnselen zorgt.

Wijzer is het om je zwakke plekken te leren zien als de schaduwkanten van je talenten. Je moet ze niet bestrijden, maar voor evenwicht zorgen, zoals een wijze koning of koningin zijn of haar ministers aanstuurt.

Er zijn veel manieren om schaduwwerk te doen, variërend van meditaties tot opstellingen of gesprekken met vrienden. Het belangrijkste is echter ten eerste: probeer het niet te controleren, laat het eerder ontspanning zijn dan inspanning. En ten tweede: leer je schaduw zien, zo eerlijk mogelijk, en voel wat erbij hoort.

Als je verdriet of vrolijkheid voelt om je eigen gedoe en het niet meer ontkent, gaat je schaduw bij je horen. Je ruimte wordt dan groter.

En: je krijgt meer compassie voor het geklooi van anderen. Die ervaren dat als mildheid.

En daar kunnen we best wat meer van gebruiken.

Een gedachte over “Schaduwwerk”

  1. Weer een heel mooi relaas, Arjan.
    En compassie voor een ander levert ook nog eens hele mooie ‘geweldloze communicatie’ op (wijlen Marshal B. Rosenberg)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *